Archive for the ‘Yorkshire terriër’ Tag
Nog een paar dagen en dan is de lente voorbij, hieronder wat er bloeide, maar eerst een gedichtje van Toon Hermans
die in dit kleine gedichtje alles zegt, het is nog steeds van toepassing en het scheelt een stuk om niet meer ellende te
hoeven vermelden van de afgelopen maanden, het zal nooit wennen, de mensheid is snel aan het verharden, maar dat
weten we helaas allemaal wel.

Zoals zovelen van jullie heb ik genoten van iedere bloem die bloeide, en iedere kleine wandeling was er wel wat nieuws te zien.
Wandelt iedereen even mee? De meeste bloemen van de lente zijn nu uitgebloeid, maar gelukkig hebben we de foto’s nog.

Wat een prachtig boeket kleine tulpjes, maar niet alles is wat het lijkt, dit is de Allium voordat die volop in bloei staat.

Een poosje later in volle bloei, de Allium (Sierui – Look)

Tijdens een zoektocht was ik verrast toen ik de Wilde Daslook ontdekte ergens onder allerlei planten en struiken, de daslook
(Allium ursinum) is ook een plant uit de Look familie, en is vrij zeldzaam in Nederland en Belgie, en in Nederland is de soort
wettelijk beschermd. De daslook werd door onze Germaanse voorouders geassocieerd met de beer, Ursinum betekent “van de
beren”, in de oude tijden dachten de mensen dat de beer zijn kracht aan dit kruid te danken had, zodat als mensen hiervan
zouden eten, ze ook de kracht van een beer zouden krijgen. De plant wordt daarom ook wel berenlook genoemd, en in het Duits
heet deze plant Barlauch. Ook wordt er wel gezegd dat de naam daslook is ontstaan omdat Dassen vroeger hun holen onder
deze plant hadden. Een mooi, gezond en lekker plantje. Dat moet iemand anders ook gedacht hebben, want toen ik er voor de
tweede keer heen ging, was de plant verdwenen.

Ook het Gevlekt longkruid (Pulmonaria) bloeide rijk met de vergeet-me-nietjes, die er toen nog tussen stonden. Gevlekt longkruid
is niet alleen erg mooi om te zien, maar ook geneeskrachtig, en is daar al eeuwen lang om bekend, de jonge blaadjes zijn lekker
in de sla, salades en soepen, er kan ook thee van worden getrokken, Longkruid bevat veel mineralen, waaronder Kiezelzuur,
looistoffen en onder meer Kaemferol en Quercetine, die een sterkte anti-oxidante werking hebben, het kruid wordt dan ook medi-
cinaal gebruikt om zweet uit te drijven en het is zoals de naam al zegt een goed middel voor de longen. (Pulmo betekent Long).

Tussen de klimop stond een eenzame witte Akelei – Aquilegia vulgaris, een paar stapjes met maat 36 van schoen moet kunnen
om deze prachtig bloeiende bloem even op de foto te zetten.

In mijn tuintje bloeide de Moerasbloempjes – Limnanthes douglasii, het is een geweldige bodembedekker, die zichzelf zaait
en twee keer per jaar bloeit. Na de bloei vormt zich het zaad, wachten op het rijp worden van de zaden en dan de bruine resten
weggooien, het is n.l. ook een erg makkelijke plant, met ondiepe worteltjes.

Tussen een heg ontdekte ik het mooie overblijvende Ossentong – Pentaglottis sempervirens, ook dit is weer een gezond plantje,
de bloempjes kunnen gegeten worden, en staan heel mooi op gebak of op een saldade. Het synoniem voor deze plant is Anchusa
officinalis. De geslachtsnaam Pentaglottis komt van penta = vijf en glottis = tong. Sempervirens betekent “altijd groen”.

De altijd prachtige Pioenroos – Paeonia.
Veel van de lente bloemen zijn nu uitgebloeid of zien er door de laatste regenachtige dagen slecht uit, maar ook Mandy mijn
kleine York, vindt dit weer helemaal niets, ze zat op de bank naar buiten te kijken en zag dat het regende, en zowaar ze keek
verdrietig
Geen bloemetjes en een moeder die telkens stil stond.

Ze had het helemaal gehad met die regen en daar zat maar één ding op

Tot slot nog een foto van een Friese hondeneigenaar met humor, vertalen hoef ik niet, want dit snapt iedereen.

Dicht bij huis kan je ook heerlijk wandelen, vooral in de zomer als er overal bloemen en kruiden bloeien.

Bernagie – Borage officinalis of komkommerkruid.
Het woord officinalis zegt het al, het is een geneeskrachtig kruid, bij de Romeinen en Grieken was het kruid al heel lang
bekend. Uit de Borage wordt ook olie gewonnen, er zit o.a. een hoog gehalte Gamma-linoleenzuur, zink, magnesium en
Vitamine B6 in, en wordt heel veel gebruikt in de voedingssupplementen industrie. Ook zijn de jonge blaadjes erg geschikt
om te eten als spinazie of sla. In het Middellandse-Zeegebied wordt de borage veel gebruikt in salades. Voor wie een heel
mooi opgemaakte taart of cake wil maken, zijn de bloempjes erg geschikt, even vochtig maken en suikeren, op de cake
of taart schikken en alles gewoon opeten. Een kruid naar mijn hart.

De Vlinderstruiken (Buddleja davidii) hebben weer uitbundig gebloeid, maar jammer genoeg waren er dit jaar weinig vlinders,
wel fijn voor de bijen, hommels en wespen er was genoeg nectar te halen. Voor mensen die pas een Vlinderstruik hebben geplant,
is het belangrijk te weten dat deze struiken aan het eind van de zomer worden gesnoeid, niet te veel, want in de lente moet het nog
een keer, tot op ongeveer 50 cm. hoogte, zo voorkom je houtvorming en een struik die wel 4 meter hoog kan worden.

Wie rookt denkt meestal niet aan wat er aan een sigaret, sigaar of shaggie vooraf is gegaan, daarom een foto genomen
in de Kruidhof van de bloeiende tabaksplant – Nicotinia tabacum.
Na het nemen van veel foto’s is het dan tijd voor mijn kleine Mandy om lekker los te hollen in het hoge gras met de vele
wilde bloemen, ze is er dol op en soms kan ze mij niet meer vinden 

Lost and alone!

Dan maar op m’n achterpootjes staan, en ja hoor ik zie haar!
Dat ze er als we thuis zijn gekomen moet worden gekamd is geen wonder, maar het is altijd heerlijk als hondjes zo genieten
van de natuur, wat dat betreft hebben we het zeker met elkaar getroffen.

Ook de Alsem – Artemisia absinthium – bloeide rijkelijk. De knoppen worden gebruikt in de dranken Vermout en absint,
deze laatste drank is bij veel gebruik erg schadelijk en kan leiden tot zenuw- en hersenbeschadiging, als Vincent van Gogh
wat minder van deze drank had gedronken, was het beter met hem afgelopen. De crisis van de twee laatste jaren van
deze grote schilder worden in verband gebracht met het overmatige gebruik van deze geelgroene drank, en het heeft
hem niet alleen een oor gekost. Veel oude meesters hebben absint gedronken, o.a. Paul Guiquin en Henri Toulouse-Lautrec,
ook veel schrijvers dronken het in die tijd, en noemde de drank De Groene Fee. Aan het eind van de 19e eeuw is de
productie en consumptie van absint aan banden gelegd en pas na ongeveer honderd jaar was het weer vrij te koop. Deze plant
staat op de Nederlandse rode lijst van de planten als vrij zeldzaam, maar in een tuin wil het prima groeien en bloeien. De naam
Artemisia is afgeleid van de Griekse godin Artemis en absinthium betekent in het oud Grieks ongenoegen.

Ook de Salie – Salvia officinalis - bloeide prachtig in mijn postzegeltuin, ook dit is een geneeskrachtig kruid, echte Salie
is o.a. rustgevend en ontsmettend, het wordt gebruikt in tandpasta’s. Gekookt in melk is het een oud rustgevend middel
Wie Saliemelk dronk, werd dan ook Jan Salie genoemd, waarschijnlijk omdat degene suf overkwam.
Nog even zomaar wat zomerse plaatjes.

Dit jaar eigen druiven langs de schutting.

Eendagslelie – Hemerocallis – stralend in de zon.

In een slootje stond een prachtige Grote egelskop – Sparganium erectum.

Hortensia- Indian Summer.

Heerlijk geurende Kamperfoelie.

Lelie – Lilium Tango Graffity.

Gaan we nu eens verderop moeder!

Mijn Sudely Castle roos in de regen, deze struik is wel 20 jaar oud en de naam van de roos weet ik niet eens, gekocht
van de baron van Sudely Castle in de Cotswolds, Engeland, en ieder jaar zijn er meer heerlijk geurende rozen.

Ze waren er al vroeg, en ik sluit af met het een versje van Freek de Jonge:
Wij zijn de kleine eikeltjes,
blij dat ‘t guur en herfstig is.
Wij hebben kleine pukkeltjes,
en hopen dat ‘t geen herpes is.
Aangezien het inmiddels herfst is, kom ik hier nog terug met zomerse foto’s en weetjes over bloemen en planten, de herfst is
mooi, maar er gaat voor mij niets boven de lente en de zomer.

Tsja en toen moest er weer gekamd worden, maar ook Mandy heeft een lijfspreuk van Freek de Jonge,
NIEMAND IS GELUKKIG, WEES NIEMAND.
In de tweede helft van de 19e eeuw ontstond er in Leeds na rassen te kruisen de Yorkshire Terriër, in deze kleine honden zitten heel wat rassen en al is het niet voor 100% zeker te zeggen wordt er aangenomen dat het in de eerste plaats gaat om Waterside Terriër en de Black and Tan Terriër (dit zijn twee heel oude Engelse rassen) maar ook de Clydesdale Terriër (Paisley Terriër) kan één van de voorvaderen zijn geweest. Ook wordt er aangenomen dat er bij de Yorkshire Terriër gefokt is met de Sky Terriër, de Manchester Terriër, de Brokenhaired Schotch Terriër en de Dandie Dinmont Terriër. De Schotse wevers waren in ieder geval dol op deze kleine honden mede omdat deze wevers arm waren en een kleine hond minder at en toch bijzonder goed was in het vangen van ratten en jagen op andere kleine dieren. Van één Yorkie is bekend dat hij in een uur 90 ratten heeft gedood.
Ontstaan uit een mengelmoesje voor zo’n 150 jaar geleden maar wat zijn Yorkies mooi, natuurlijk is Mandy echt een plaatje, voor mij het mooiste Yorkie van de wereld en omstreken 
Rond 1870 werd de tegenwoordige rasnaam bedacht, omdat dit het gebied was (West Yorkshire, Engeland) waar de Yorkies oorspronkelijk werden gefokt, toen waren ze wel groter dan nu en wogen ongeveer 7 kg. In 1865 werd de eerste stamvader van de Yorkshire Terriër geboren met de welluidende naam “Huddersfield Ben”, op internet vond ik een oude foto van Ben en z’n vrouwtje Katie van Stonehenge’s “Dogs of the British Isles” (een strikje is toch wel beter voor de diertjes) Ben is op 23 september 1871 onder een wagen terecht gekomen en overleden.

Het begon toen toch ook echt op de York van tegenwoordig te lijken en Ben heeft voor veel nakomelingen gezorgd. Vanuit Engeland werden ze al in 1872 naar de Verenigde Staten gebracht of uiteraard meegenomen door de Engelse, Ierse en Schotse emigranten die de armoede in eigen land waren ontvlucht. Later heeft het ras zich over de hele wereld verspreid en dat is geen wonder, wie eenmaal een Yorkie heeft gehad zal dat beamen, zo heeft iedereen een lievelingsras en dit is het mijne. Inmiddels hoort een Yorkie zo’n 3 kilo of iets meer te wegen en dan zijn er nog kleinere gefokt de z.g. Teacup Yorkshire Terriërs, het is een benaming voor meestal te kleine, door niet aangesloten fokkers (broodfokkers) onzorgvuldig gefokte Yorkshire Terriërs. Het ras kan een leeftijd bereiken van de 12 tot 14 jaar, maar er zijn ook oudere Yorkies bekend die soms wel 16 zijn geworden, voor wie ooit een Yorkie wil aanschaffen raad ik de gewone aan en het liefst van een vertrouwd en erkend adres. Mandy komt bij de kennel http://www.van-zikiri.nl/ vandaan en ik ben nog steeds dankbaar dat ik daar zo’n lieve en gezonde kleine hond heb gekocht.

Al worden de Yorkshire Terriërs dan wel niet meer gebruikt om op ratten e.d. te jagen, het jachtinstinct is bewaard gebleven, zodat ook mijn klein boefje iedere molshoop aandachtig besnuffeld. Yorkshire Terriërs zijn erg levendig en actief, moedig en intelligent (soms zet ik daar een vraagteken achter) ieder hondje is anders en Mandy is of niet al te slim in bepaalde zaken of ze vertikt het eenvoudig en dat geloof ik eerder omdat eigenzinnigheid ook een raseigenschap is. Blaffen doen Yorkies veel en graag en dat kan ik weten na in m’n leven twee keer eerder een Yorkie te hebben gehad en Mandy kan er ook wat van. Ze kunnen tegenover andere honden vaak strijdbaar zijn en onze vorige Mandy was dat ook, niet deze Mandy want die gaat voor grote honden meteen languit liggen in volle overgave. Graven doen Yorkies ook graag en modder is totaal geen probleem voor ze, ook regen niet, al vinden ze het helemaal niet leuk om alleen maar voor een plasje in de regen te gaan en zullen ze als pup proberen het toch maar in huis te doen, al is het nog zo snoezig zo’n handje vol pup ook hier is het echt nodig om met 8 weken te gaan opvoeden en vooral te socialiseren.

Natte pootjes, baard, buik en staart zijn geen probleem voor een kleine maar stoere York.
Een Yorkshire Terriër hoeft geen lange wandelingen te maken maar ze zijn er wel dol op en hebben een behoorlijk uithoudingsvermogen. Tegenwoordig worden veel Yorkies kort geknipt als het geen showhondjes zijn, showen doe ik niet maar kort knippen ook niet, je weet waar je aan begint en zo erg is het niet om je hondje om de paar dagen te kammen en eens in de maand te wassen, wil je dat niet dan is kort knippen de enige optie al vind ik het zelf dan geen Yorkie meer.

Mandy heeft het gehad voor vandaag en is naar bed gegaan, welterusten brave meid tot morgen!
Wat het nemen van foto’s betreft is Mandy erg geduldig, ze weet al precies dat ze even rustig moet zijn als moeder een mooie paddestoel ziet en die waren er weer volop.

Gewoon elfenbankje (Tremetes versicolor).

Deze boom was prachtig versierd met heel veel paddestoeltjes

5 Meter looplijn kan makkelijk in het o zo rustige Buitenpost en zowel Mandy als ik genoten van het mooie weer en de nog steeds prachtige herfstkleuren aan bomen en struiken.

Hier heb ik even gezeten en dacht aan Edward en Henk, voor jullie is deze bank bestemd en eerdaags zal ik er gereserveerd op zetten
In het zonnetje is het toch beter dan op een kapotte stenen bank om uit te rusten van het foto’s nemen.

De natuur had weer een prachtig schilderij gemaakt van mossen en zwammetjes.

Een triest gezicht de eens zo mooie paddestoelen hebben het ook gehad en langzamerhand worden alle bomen kaal, misschien krijgen we nog wat mooie winterdagen en dan op naar de LENTE!